Uit het jaarverslag 2020 van een OR
Maart 2020
Onze kantoortuinen zijn woestijnen geworden. Wie zijn werk ook kan doen met alleen een telefoon en een laptop heeft het pand verlaten. Degenen die alleen op locatie kunnen werken, pauzeren niet meer met elkaar, leggen samen geen kaartje meer en doen de hele dag aan anderhalvemeteren.
Is er opeens geluisterd naar onze bedrijfsarts? Die wees al lang op de kantoortuin als belangrijke oorzaak van ziekteverzuim. Te veel herrie en gebrek aan persoonlijke ruimte maken het zelfs met een koptelefoon op bijna onmogelijk om je te concentreren op je werk.Maar nee, de druk kwam van buiten. De overheid stelde vast dat tijdens de coronacrisis thuiswerken het beste werken is. Toen leidinggevenden zich hiertegen bleven verzetten, heeft onze OR erop gewezen dat goed werkgeverschap begint met de zorg voor een veilige werkplek. We kregen de bestuurder hier snel in mee.
Mei 2020
We raken gewend aan het thuiswerken. Met apps en videobellen lukt het contact met klanten en collega’s boven verwachting goed. Iedereen blijkt begrip te hebben voor de noodzaak van deze ingrijpende veranderingen. De productieafdelingen hebben wel last van een stokkende aanvoer van onderdelen. Zijn dat gevolgen van de coronacrisis of van bewust minimale voorraden? De OR heeft de bestuurder voorgesteld kantoren op te offeren aan extra magazijnruimte. Laten we ons voortaan afvragen of en hoe lang een werkplek ‘op de zaak’ nodig is. Voor zorg en productie kan het niet anders, maar voor andere werkzaamheden is dat een belangrijke en serieuze vraag.
Hoe dan ook, het belangrijkste doel is nog steeds het voorkomen dat we ziek worden. Daarom hebben we extra aandacht gevraagd en gekregen voor de inpandige luchtkwaliteit en vochtigheid. Van externe collega’s, die ook digitale nomaden zijn en vanaf hun keukentafel alle slimme metertjes bij ons uitlezen.
September 2020
Mits we ons aan de 1,5 meter houden, mochten we weer terug naar de kantoorwerkplek. Een flink aantal werknemers hadden hun zaakjes thuis inmiddels zo goed op orde dat ze meteen een verzoek indienden voor thuiswerken. Leidinggevenden- de goeden niet te na gesproken – schoten met een reflex in het voor-coronatijdperk. De directie twijfelde: hervatten van oude gewoontes of doorpakken naar een nieuwe werkwijze?
De OR heeft de Wet flexibel werken van stal gehaald en de achterban erop gewezen dat sinds 2016 iedere werknemer een verzoek mag indienen om arbeidsduur, werktijden en/of werkplek aan te passen. Met de bestuurder hebben we het overleg geopend over algemene afspraken over het behandelen van verzoeken met betrekking tot de werkplek.
November 2020
Die algemene regeling is er dankzij de OR gekomen. In principe beslist de werknemer over de plek en de tijden waarop hij/zij zijn werk uitvoert, mits dit te voren bekend is bij de leidinggevende. Per kwartaal kan hij dat wijzigen. De werkgever kan bij monde van de leidinggevende elke maand een dagdeel aanwijzen waarop de werknemer verplicht op kantoor moet zijn.
Omdat de werknemers uit en rond de productie de mogelijkheid van thuiswerken niet hebben, krijgen zij elk kwartaal een extra roostervrije dag.